Busgebruikers door dik en dun

Het aanbod van openbaar busvervoer op stille tijden en plaatsen staat onder druk. De demografische prognoses maken de vooruitzichten er vaak niet beter op en de mogelijkheden om kosten te besparen zijn beperkt. Veel beleidsmakers zoeken naar alternatieve invullingen voor het vervoer in deze ‘haarvaten’ van het ov. Het beeld van de huidige situatie blijft daarbij veelal onderbelicht.

In opdracht van het ministerie van IenW onderzocht het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM) het profiel van de busgebruikers, het gebruik van de bus en de vervoersalternatieven. De studie zoomt in op busgebruikers in ‘dunnere reizigersstromen’ en concludeert: busgebruikers in de dunste reizigersstromen lijken op de busgebruikers elders, maar er zijn enkele belangrijke verschillen.

Verschillen tussen busgebruikers in de haarvaten en elders

Busgebruikers in de KiM-studie Busgebruikers door dik en dun zijn mensen die in een periode van een half jaar minimaal één keer de bus gebruiken. Uit de studie blijkt dat busgebruikers in de dunste reizigersstromen in bepaalde opzichten verschillen van andere busgebruikers.

  • Ze zijn positiever over de bus en hechten meer belang aan de laatst gemaakte busrit, vergeleken met andere busgebruikers.
  • 20 procent geeft aan zónder de bus de verplaatsing niet langer te maken. Voor busgebruikers elders is dat 10 procent.
  • Circa driekwart van alle busgebruikers beschikt over een rijbewijs. Dat aandeel is lager bij busgebruikers in de dunste reizigersstromen en zij bezitten minder vaak een auto.
  • Ongeveer één op de tien busgebruikers heeft een mobiliteitsbeperking. Dat aandeel is twee keer zo groot onder busgebruikers in de dunste reizigersstromen.
  • Het opleidingsniveau en inkomensniveau van de busgebruikers in dunne reizigersstromen lager in vergelijking met andere busgebruikers.

Busgebruikers

De studie geeft ook veel inzicht over alle busgebruikers. Nederland kent ongeveer 4 tot 4,5 miljoen busgebruikers. Een groot deel van hen is echter een incidentele reiziger. De busgebruiker is vaker vrouw dan man. De gemiddelde leeftijd is 45 jaar. De busgebruikers nemen de bus om te gaan winkelen, voor visites en voor recreatieve doeleinden. Het voornaamste vervoersmiddel van de busgebruiker is de fiets.

Het beeld van de busgebruikers in deze studie verschilt sterk van het beeld dat ontstaat als je 1.000 willekeurige passagiers in de bus zou ondervragen. Die groep wordt gedomineerd door dagelijkse reizigers: vooral studenten, scholieren en forensen die voornamelijk in de spitsuren reizen. Deze passagiers zijn gemiddeld 30 jaar oud en een kleine meerderheid is nog geen 25 jaar.

Vervoersalternatieven voor busgebruikers

Zonder de bus zouden de meeste busgebruikers voor de auto of fiets kiezen. Deze, veelal incidentele, gebruikers van de bus zijn te classificeren als ‘keuzereiziger’. In specifieke situaties kiezen zij voor de bus, bijvoorbeeld om parkeerkosten, files of slecht fietsweer te vermijden. De bus is voor hen een terugval optie, zoals bij een lekke fietsband.

Sommige groepen hebben minder snel alternatieven voorhanden en zijn meer aangewezen op de bus. Die groepen zijn vooral jongeren (25 jaar en jonger), mensen met een mobiliteitsbeperking en mensen uit een huishouden met een relatief laag inkomen. Ook de busgebruikers in de haarvaten is bovengemiddeld sterk aangewezen op busvervoer.