Cijfers en prognoses van het doelgroepenvervoer in Nederland

Voor mensen die moeite hebben met het zelfstandig verplaatsen buitenshuis bestaan diverse regelingen. Dit is het zogeheten doelgroepenvervoer. In 2015 werd er in Nederland door verschillende overheden minimaal 650 miljoen euro besteed aan acht vormen van doelgroepenvervoer. Een compleet beeld voor het jaar 2015 is nog niet te geven, vanwege recente beleidswijzigingen en decentralisaties op het gebied van zorg, maatschappelijke ondersteuning en werk. Zeker is dat in recente jaren de omvang van het doelgroepenvervoer afgenomen is. Er zijn onder andere minder kilometers in het leerlingenvervoer en in het vervoer van en naar de dagbesteding afgelegd.

Op basis van demografische prognoses en kentallen over het vóórkomen van mobiliteitsbeperkingen naar leeftijd en geslacht, is de verwachting dat het aantal mensen met een mobiliteitsbeperking in 2030 maximaal 8 procent hoger is dan nu. Dit percentage is een bovengrens voor de prognose van het aantal mensen met een mobiliteitshandicap, omdat nieuwe groepen ouderen in de toekomst beter kunnen omgaan met bestaande hulpmiddelen, en geavanceerdere hulpmiddelen mensen steeds beter in staat stellen om hun beperking te compenseren. Deze groeiprognose van het aantal mensen met een mobiliteitsbeperking kan ook gehanteerd worden voor het gebruik van het merendeel van de vervoerregelingen.

Deze conclusies zijn te vinden in de notitie ‘Cijfers en prognoses van het doelgroepenvervoer in Nederland’ van het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid. De studie is uitgevoerd in opdracht van het Ministerie van Infrastructuur en Mileu, Directoraat-Generaal Bereikbaarheid, directie Openbaar Vervoer en Spoor. Deze notitie vormt een bijlage bij de brief van de Staatsecretarissen van IenM en VWS over de integratie van het taxi-doelgroepenvervoer en het openbaar vervoer (6 december 2016). Deze brief is verstuurd aan de Tweede Kamer ter voorbereiding op het Algemeen Overleg Openbaar Vervoer, OV-chipkaart en taxi.