Mobiliteitsbalans 2008 : congestie in perspectief

De Mobiliteitsbalans wordt elk jaar door het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM) uitgebracht. Deze keer staat het thema congestie centraal. De balans geeft verklaringen voor de ontwikkeling van de congestie over de afgelopen jaren op het Nederlandse autosnelwegennet. Ook doet het rapport uitspraken over verschillen in congestieproblematiek tussen de Randstad en diverse Europese stedelijke regio’s. In de periode 2000-2006 is het reistijdverlies op het Nederlandse autosnelwegennet sneller toegenomen dan de verkeersomvang; respectievelijk 53 procent tegen 13 procent.

Dat is vooral zichtbaar tijdens de spits op de wegen rond de grote steden in de Randstad. De spitsen worden breder en het wordt ook buiten de spits steeds drukker. Op de snelwegen in de Randstad is er meer reistijdverlies. Buiten de Randstad groeit juist de verkeersomvang sterker. Het gaat dan vooral om de wegen in Gelderland en Noord-Brabant die op de Randstad zijn gericht.

De totale kosten als gevolg van files en vertragingen worden in 2007 geschat op 2,7 à 3,6 miljard euro. Dat is 10 procent meer dan in 2006. Uit een vergelijking tussen de Randstad, het Ruhrgebied, de Vlaamse Ruit en de Engelse North West-regio komt naar voren dat het hoofdwegennet in de Randstad intensiever gebruikt wordt dan in de andere regio’s. Daardoor is de kans op vertragingen ook het grootst. Het hoge aantal op -en afritten en een beperkt onderliggend wegennet waardoor de druk op het hoofdwegennet groot is, zijn daar onder meer verantwoordelijk voor. In de Randstad wordt niet vaker gebruik gemaakt van de auto dan in de andere onderzochte stedelijke gebieden. De aanleg van spits- en plusstroken, nieuwe wegen, wegverbredingen, verkeers- en incidentenmanagement en verkeersinformatie zijn effectief gebleken in het tegengaan van congestie. Waren die niet genomen dan was het reistijdverlies met 66 procent gegroeid in plaats van met 53 procent. Trajectcontroles op het hoofdwegennet hebben de congestie verhoogd. Het KiM schat de congestieverhoging in op 6 procent. De 80-kilometerzones, ingevoerd rondom de vier grote steden, zijn verantwoordelijk voor 5 procent van die groei. De overige trajectcontroles dragen 1 procent bij aan de groei.