Kenmerken van veelbelovende ketens

Het aandeel verplaatsingen waarbij reizigers meer dan 1 vervoerwijze gebruiken (ofwel 'ketenverplaatsingen') betreft ongeveer 4% (in 2017). Dit aandeel is door de jaren heen licht gestegen. Een ketenverplaatsing wordt vaak gezien als veelbelovend alternatief voor reizen met enkel de auto, vanuit het perspectief van duurzaamheid en stedelijke bereikbaarheid. In praktijk voldoen vooral ketenverplaatsingen waarbij de grootste afstand met OV, per fiets of lopend wordt afgelegd aan dit beeld. Voor ketenverplaatsingen met hoofdvervoerwijze auto is de bijdrage aan duurzaamheid twijfelachtiger. Zij kunnen bijvoorbeeld ook een substituut zijn voor een (duurzamere) OV-reis.

Een definitie van ketenmobiliteit

Uit de KiM studie 'Kenmerken van veelbelovende ketens' blijkt dat de definitie van een 'ketenverplaatsing' (ook vaak aangeduid als 'multimodaliteit') in de literatuur niet eenduidig is. In deze studie hebben we ketenmobiliteit gedefinieerd als een combinatie van vervoerwijzen binnen een verplaatsing, waarbij tenminste 1 km lopen ook als vervoerwijze geldt. Een OV-verplaatsing is daarmee niet per definitie een ketenverplaatsing. Bij ongeveer 88% van de ketenverplaatsingen in Nederland wordt de langste afstand met een duurzame vervoerwijze (OV, fietsen of lopen) afgelegd. Dit zijn de meest veelbelovende ketenverplaatsingen. Deze groep groeit licht in aandeel ten opzichte van verplaatsingen waarbij de grootste afstand of de gehele reis met de auto wordt afgelegd. 

Unimodaal vaak ook veelbelovend

Het stimuleren van ketenverplaatsingen hoeft volgens de studie geen doel op zich te zijn. Verplaatsingen met 1 duurzame vervoerwijze (unimodaal) zoals het reizen met enkel het OV, de (elektrische)fiets of lopend zijn ook beter voor stedelijke bereikbaarheid en duurzaamheid dan de autoverplaatsing. Het hangt van de situatie af of een ketenverplaatsing of een verplaatsing met 1 vervoerwijze het meest veelbelovende alternatief is.

Ketenreizigers hebben een verschillend profiel

Ketenreizigers die de langste afstand met OV afleggen hebben een duidelijk ander profiel dan autoreizigers. Ze zijn onder andere vaak jonger, hoger opgeleid en wonen vaker in stedelijk gebied en dichterbij OV. Daarnaast betreffen het vaak routinematige reizen zoals voor woon-werk en onderwijs. Deze ketenverplaatsingen kunnen onder andere worden gestimuleerd door beschikbaarheid van OV nabij werk- en onderwijslocaties. Bij ketenreizen met de auto als hoofdvervoerwijze is het motief vaak het mijden van drukte in steden. Qua profiel verschillen deze reizigers verder weinig van de unimodale autoreiziger. Een manier om de kans op dit type ketenverplaatsing te vergroten is reizigers onderweg informeren over de nabijheid van overstaplocaties (zoals een park and ride).

Veelbelovende ketenmobiliteit stimuleren

Naast inzet op zojuist beschreven gebruikskenmerken, kan ketenmobiliteit ook gestimuleerd worden door investeringen aan de 'aanbodskant'.  Zo is aandacht voor soepel overstappen en efficiënt voor- en natransport belangrijk; beide worden vaak gezien als barrières voor het maken van een ketenverplaatsing. Een uitgebreid netwerk van (OV-)overstappunten, nabijheid van OV, beschikbaarheid van deelsystemen en goede verbinding tussen (fiets)parkeren en OV-voorzieningen zijn voorbeelden van aspecten die het maken van ketenverplaatsingen makkelijker maken. Om dit te realiseren is afstemming tussen vervoerders die het OV aanbieden, gemeenten voor het realiseren van (OV-) knooppunten en het Rijk om overkoepelend het netwerk te faciliteren noodzakelijk.